Mysterieuze inbraak bij motorfabriek Alpine F1 wekt angst voor industriele spionage

In dit artikel:

Maandagavond drongen twee onbekenden het motorcomplex van Alpine in Viry-Chatillon binnen, de voormalige F1-motorfabriek van Renault die al zo’n veertig jaar op die locatie huist. De indringers gingen via de entreehal rechtstreeks naar de bovenverdieping, waar de kantoren van het senior management en andere leidinggevenden zitten; daarbij werden meerdere kantoordeuren geopend. Volgens politiebronnen leken de personen op de hoogte van de indeling van het gebouw. Op het moment van de inbraak waren er geen medewerkers aanwezig en er is naar verluidt niets beschadigd of ontvreemd.

De Franse autoriteiten (Division of Territorial Crime) hebben een onderzoek geopend om het motief vast te stellen. Omdat er geen duidelijke diefstal is gerapporteerd, staat industriële spionage als mogelijke verklaring hoog op de lijst van onderzoekers. Dat risico wordt extra gevoed door het feit dat in Viry-Chatillon de ontwikkeling van de 2026-krachtbron heeft plaatsgevonden — een motor die oorspronkelijk voor Alpine bedoeld was voordat Renault afzag en koos voor een klantregeling met Mercedes. Er bestaat dus theoretisch nog kans dat intellectueel eigendom of documenten over die krachtbron op de site aanwezig zijn.

Achtergrond: medio 2024 besloot Renault de F1-motorafdeling te sluiten en de faciliteit om te bouwen tot een technologisch centrum voor motorsport- en mobiliteitsprojecten, een stap die op verzet van personeel stuitte. In september 2024 lekte personeel bijvoorbeeld een audiomateriaal van een testbank met een draaiende motor. De transformatie van de site loopt onder leiding van voormalig Alpine-teambaas Bruno Famin. De lopende politieprocedure moet duidelijkheid geven over wie de twee indringers waren en wat zij precies zochten.