Marc Márquez, nieuwe MotoGP-wereldkampioen
In dit artikel:
Marc Márquez werd in Motegi tweede achter Pecco Bagnaia en verzekerde zich daarmee van zijn zevende MotoGP-titel — zijn eerste wereldtitel in vijf jaar sinds zijn zware blessure en de negende titel over alle klassen. Het weekend op het Mobility Resort Motegi (17e WK-ronde) kende een duidelijk patroon: Bagnaia won zowel de twaalfronden Sprint op zaterdag als de 24-ronden Grand Prix op zondag; Márquez finishte beide keren als runner-up en bouwde daarmee een onomstotelijke voorsprong in het kampioenschap op (541 punten).
Márquez had vrijdag een kleine crash in FP2 maar plaatste zich toch rechtstreeks voor Q2 en startte vanaf P2 met een tijd van 1:43.043, slechts 0,132 s achter pole. Na een sterke warm-up hield hij een constante racepositie vast en kon zo wiskundig het kampioenschap binnenhalen. Over zijn herstel en vorm zei hij onder meer: "Ik voel innerlijke rust" en erkende dat hij te snel terugkeerde na zijn blessure.
Broer Álex Márquez kende een moeizamer weekend. Na een schuiver op vrijdag moest hij via Q1 terugkomen en startte uiteindelijk als achtste. In de Sprint zakte hij naar P10 nadat Ai Ogura hem op ronde negen passeerde; in de hoofdrace herstelde hij naar P6 en blijft tweede in het klassement met 340 punten. Ook Álex gaf aan dat onzekerheid en druk het lastig maakten: "Als je je niet goed voelt op de baan, wordt alles moeilijker."
Álex Rins en Miguel Oliveira hadden moeilijke wedstrijden; Rins finishte beide dagen als achttiende, Oliveira als 15e (Sprint) en 14e (GP). De volgende ronde is de Grote Prijs van Indonesië op Mandalika (3–5 oktober).