Hoe grote investeerders steeds meer invloed krijgen in de Formule 1
In dit artikel:
McLaren Racing is in september 2025 volledig overgenomen door twee partijen uit de Golfregio: het Bahreinse staatsinvesteringsfonds Mumtalakat en CYVN Holdings uit Abu Dhabi. Daarmee is McLaren, ooit het onafhankelijke bolwerk van figuren als Ron Dennis en Ayrton Senna, het eerste Formule 1-team dat volledig in handen is van buitenlandse staatsfondsen. De resterende aandelen werden overgenomen van MSP Sports Capital, waarmee de Britse renstal definitief onderdeel is geworden van een groter geopolitiek en economisch netwerk.
McLaren staat niet op zichzelf; de afgelopen jaren zijn meerdere teams in F1 deels of volledig overgegaan naar externe investeerders. Situatie (stand september 2025): Aston Martin wordt geleid door het Yew Tree-consortium van Lawrence Stroll, met een kleiner belang van Arctos Partners; Alpine verkocht 24% aan het Amerikaanse Otro Capital (met onder meer via het fonds betrokken beroemdheden); Mercedes is verdeeld tussen Mercedes-Benz Group, INEOS en teambaas Toto Wolff; Ferrari is beursgenoteerd met Exor als grootste aandeelhouder en Piero Ferrari als minderheidsinvesteerder; Williams is sinds 2020 volledig in handen van Dorilton Capital. Voor 2026 staan grote veranderingen gepland: Audi neemt Sauber over voor zijn F1-debuut, met 30% betrokkenheid van Qatar’s QIA, en Andretti/Cadillac krijgt eveneens een startbewijs ondersteund door TWG Global.
De aantrekkingskracht voor investeerders is evident: Formule 1 bereikt jaarlijks honderden miljoenen kijkers, profiteert van platformen als Netflix en van nieuwe races in lucratieve markten zoals de VS. Voor staatsfondsen biedt deelname prestige, economische kansen en een instrument om invloed uit te oefenen. Tegenover deze voordelen staan zorgen over verlies van identiteit en sportief karakter; teams die ooit voortkwamen uit familiebedrijven zijn nu onderdelen van mondiale investeringsportefeuilles. Tegelijkertijd betekent extra kapitaal vaak betere faciliteiten, personeel en technologie — mits sportieve doelstellingen niet volledig worden ondergeschikt gemaakt aan financiële belangen.
Kortom: F1 is steeds meer een global commercial enterprise. Meer geld en competitie liggen in het verschiet, maar fans blijven twijfelen of de sport haar oorspronkelijke geest behoudt.